Voor het Middelburgse smaldeel van Souburg 2 was het op 2 april jl. een gedenkwaardige heenreis. Chauffeur Merijn van Broekhoven reed niet de A58 op maar ging na de Schroeweg op de automatische piloot gewoon rechtdoor richting de Westerscheldetunnel , alsof hij naar zijn werk ging in Terneuzen. Vervolgens kon niet ter correctie de afslag over de Sloeweg naar Heinkenszand worden genomen omdat die was afgesloten. Uiteindelijk bereikten we via een toeristische route over allerlei dijkwegen en via Nieuwdorp en Lewedorp ongeveer al in de buurt van Goes de A58 en toch nog heel tijdig Kruiningen. Merijn vindt zijn werk kennelijk zo fijn dat hij er elke dag wel heen wil rijden. Zo vertrouwde hij ons toe dat hij ooit vroeg op tweede Paasdag ook al op weg was richting Terneuzen.
Carl moest als eerste opgeven. Met zwart in een Italiaan ging het eigenlijk prima tot de 12e zet van wit (Le3), die met de zwarte loper op b6 geslagen had moeten worden. In plaats daarvan deed hij een baggerzet en na nog wat zetten spartelen kon worden opgegeven. Albert trok de stand weer gelijk door in een prima partij de kwaliteit te veroveren en zijn veel betere ontwikkeling en actiever geplaatste stukken de doorslag te laten geven. Sipke verslikte zich in het eindspel in de toren van wit die zowel zijn paard als zijn loper aanviel zonder dat de één de ander kon dekken. Rogier speelde als invaller een verdienstelijke remise met zijn geliefde kleur zwart. Paul leek na een pionoffer van zijn met zwart spelende tegenstander vroeg in de opening toch een gunstige stelling te krijgen maar in het verloop van de partij kwam zwart sterk terug. De zwarte toren sloeg uiteindelijk verwoestend in op b2. Mat of materiaalverlies zou volgen. Ons puntenkanon Jeepee offerde speculatief de dame of liet haar gewoon vangen. Hoe dan ook, een paar zetten later kon DZD weer een punt bijschrijven. Merijn verdedigde zich dapper, maar kon niet voorkomen dat hij bij een stukkenruil ook nog een pion verloor. Die pion bleek uiteindelijk beslissend. Martin had in een eindspel met ieder zes pionnen een actiever paard. Hij hoefde niet aan te tonen dat dit doorslaggevend zou zijn. Zijn tegenstander dacht op paardruil af te kunnen stevenen door zijn paard op c3 te plaatsen maar zag over het hoofd dat er niet geruild hoefde te worden. In plaats daarvan nam Martin met pion b2 het paard op c3. Aldus werd de eindstand op
5,5 – 2,5 voor DZD 1 bepaald.
“Het kan verkeren”, schreef Bredero al in de 17e eeuw. In de 7e ronde ZSB ging nog de beslissende slag tegen HWP 4 voor het kampioenschap verloren en in de negende ronde leed Souburg 2 de derde nederlaag op rij. Het degradatiespook komt nabij als er meer dan één team team uit de derde klasse KNSB naar de ZSB degradeert. De laatste ronde tegen Middelburg 1 op 23 april a.s. zal dan ook ten minste gelijk gespeeld moeten worden.
Verslag: Carl Schoor