In de competitie is Jeroen Hekhuis zijn koppositie kwijtgeraakt aan René Tiggelman. René speelde niet voor de competitie omdat hij aantrad tegen Hans Groffen voor de Souburgse Beker (Winst voor René). Jeroen moest enkel zorgen voor een overwinning om René voor te blijven.

Tegen Henrik Westerweele speelde de oud-koploper de opening niet zo heel fris. Henrik wist hier wel raad mee en offerde zich naar een prima stelling. Jeroen kon enkel zetten doen die niets of weinig extra toevoegde dan een mat voorkomen. Naarmate het eindspel in zich kwam leek het toch gedaan met Jeroen. Een laatste redmiddel zou zijn dat hij pat gezet zou worden. En jawel hoor. Henrik tuimde er in. Jeroen verkreeg zo een dolle dame. Henrik moest uiteindelijk de dame nemen en zo was het pat. Een domper voor de nieuwe nummer drie een schrale troost voor de nieuwe nummer twee.

Wie ook goed weg kwam was Roeland Alders. Qua score gaat het niet slecht, maar wat het spel betreft kan er nog wel wat bijgeschaafd worden. Tegenstander Willem Coppoolse had de stelling goed door en leek een gemakkelijke avond te krijgen. De zwarte stukken stonden prima terwijl de stukken van Roeland raar en passief stonden. Het leek een kwestie van tijd en Roeland kon opgeven. De stelling werd oppervlakkiger en Willem ruilde wat slechte stukken van Roeland af. Bij een remiseaanbod verkoos Roeland door te gaan. Het eindspel was prompt gewonnen waarmee Roeland erg goed weg kwam.

Het duel der wijzen werd gewonnen door de meest wijze, of wel Bert Henderikse. Hij versloeg met de witte apparaten Koos Zomer die zich op een gegeven moment weer vergooide. Martin de Bock leek een aardig eindspel te hebben tegen Jaap van de Plasse, maar op het scorebord stond uiteindelijk wel 1-0 voor Jaap. Kees Verberkmoes greep de winst op Albert door op de damevleugel van Albert de koning te grijpen.

Uitslagen en stand volgen.